Herkomst straatnamen

Voor nadere informatie per straat

Als bron voor deze naamsverklaring is onder meer gebruik gemaakt van het boekje “Oosterbeek, de straat waarin ik woon”. Dat is een uitgave van drukkerij/uitgeverij Meijer en Siegers te Oosterbeek, juni 1986

zie ook Stichting voor Heemkunde



A.M. Van Steenislaan     Adrianus Martinus van Steenis (geboren te Rheden 1861, overleden te ‘s Hertogenbosch 1922), kwam 15 maart 1893 als gemeenteopzichter in dienst van de gemeente, een functie welke later de titel gemeentearchitect kreeg. Als zodanig nam hij 1 april 1921 afscheid van de gemeente.

Acacialaan     De in lange witte trossen bloeiende Acacia  bomen, die deze laan jarenlang markeerden, verdwenen in 1946 omdat ze, evenals de meeste huizen, in het laatste oorlogsjaar zwaar waren beschadigd. Bij een reconstructie van de laan werd ook de aansluiting op de Jhr. Nedermeijer van Rosenthalweg (aanvankelijk tegenover de Vogelweg) verlegd. Acacia’ s (afkomstig uit Noord Amerika) komen hier o.a. nog voor bij Overdal en de Oude Herbergh, evenals verspreid in verscheidene bosranden.

Annastraat      Naar Anna Geertrui Sanders (geboren te Amsterdam 1861, overleden te Freiburg 1926), dochter van Theodorus Sanders (z.a.), die vele bezittingen had in Oosterbeek. Omstreeks 1880 werden deze gronden verkaveld, wegen aangelegd en kreeg de Annastraat haar naam.

Backerstraat     Johannes Backer (geboren te Dordrecht 1790,  overleden te Oosterbeek 1872), burgemeester van de gemeente Renkum (1817-1851), toen nog zonder de zelfstandige gemeente Doorwerth. In 1850 werd hij tevens benoemd tot burgemeester van Doorwerth en bleef dat tot 1852. Joh. Backer werd in 1814 eigenaar van de Oorsprong. Het landgoed kwam in ca. 1853 in het bezit vanJ.A.P. Baron van Brakell Doorwerth. Het door Backer op de Oorsprong gebouwde tuinhuis kreeg later grote bekendheid als uitspanning.

Badhuisstraat     Het gemeentelijk badhuis was sinds 1929/’30  gevestigd in een aanbouw van het in 1921 geopende Volkshuis, dat later Parochiehuis werd. Tot 1 april 1972 bleef het badhuis in gebruik.

Bato’sweg     Naar het aangelegen landgoed Bato’s wijk, dat een fraai uitzicht biedt op de Betuwe (oude naam:Batoue. Mr. J.M. de Kempenaer kocht de grond in 1836 en liet er negen jaar later een buitenplaats bouwen. Het landgoed werd in 1870 aan Dr. L. Fangman (z.a.) verkocht en kwam in 1927 in het bezit van de gemeente Renkum. De villa werd op 12 april 1928 als gemeentehuis, dat voordien op de hoek Utrechtseweg/Jan van Embdenweg was gevestigd (nu muziekschool) in gebruik genomen. Na de oorlog is het verwoeste gebouw op Bato’s wijk afgebroken en werd de Dennenkamp (z.a.) in gebruik genomen als het nieuwe gemeentehuis (1946).

Beatrixweg     Beatrix Wilhelmina Armgard (geboren 31 januari 1938), sinds 30 april 1980 Koningin der Nederlanden, ten tijde van de naamgeving van de straat nog Kroonprinses.
 
Beelaertslaan     Jonkheer Johannes Beelaerts van Blokland (geboren te Den Haag 1877 – overleden te Arnhem 1960), van 1909-1949 raadslid, waarvan 1910-1917 en 1927-1949 wethouder der gemeente Renkum en van 1908 tot 1954 president-kerkvoogd van de Hervormde Gemeente van Oosterbeek. Hij bewoonde, na het overlijden van zijn oud-tante mevrouw U.M. Kneppelhout-van Braam, huize de Hemelse Berg (z.a.). Het landgoed werd toen (1919) door de gemeente aangekocht. De familie Beelaerts van Blokland kreeg het kasteel met omgeving voor 75 jaar in erfpacht. Door zijn persoonlijkheid en positie in gemeentelijke en kerkelijke kring, nam hij een belangrijke plaats in in het dorpsleven. Hem werd bij zijn afscheid als president-kerkvoogd de zilveren erepenning van de gemeente Renkum toegekend.

Benedendorpsweg     Het naar het zuiden aflopende deel van het dorp wordt algemeen als “het benedendorp “aangeduid. De bebouwing heeft zich van hieruit in noordelijke richting uitgebreid. Aan de Benedendorpsweg staat het fraai gerestaureerde oude kerkje (oorspronkelijk van 950) en woonden in de negentiende eeuw verscheidene bekende dorpsgenoten (o.a. J.W. Bilders, Rozenhage-de Parre, Antoon Markus, Gelderse Blo(e)m, Arend Hilhorst (z.a.) en C. Dankmeyer.

Beukenlaan     De zware beukebomen, waaraan de laan haar naam ontleent, zijn er niet meer. Tot in de veertiger jaren vormden de breed uitgegroeide beuken een bijna gesloten overkoepeling. Overigens is de beuk een veel voorkomende boomsoort in deze gemeente.

Bilderberglaan     Het nabij gelegen landgoed de Bilderberg werd midden achttiende eeuw in cultuur gebracht. Het terrein kwam in bezit van Mr. J.M. de Kempenaer I7 (zie ook Bato’swijk). De familie Wolterbeek (van B huize Valkenburg) kocht het in 1894 en de volgende eigenaar, mr. dr. P.G. van Tienhoven (z.a.), liet in 1918 het herenhuis de Bilderberg bouwen. Het intussen goed gecultiveerde landgoed werd in 1923 gemeente eigendom. De N.V. hotel maatschappij de Tafelberg kocht drie jaar later het herenhuis dat sindsdien uitgroeide tot het befaamde hotelcomplex. Met name in de zestiger jaren verwierf het internationale bekendheid door de daar gehouden Bilderberg-conferenties, een besloten bijeenkomst van vooraanstaande figuren in de Westelijke wereld, onder voorzitterschap van Prins Bernhard.

Bildersweg     Johannes Warnardus Bilders (geboren te Utrecht 1811, overleden te Oosterbeek 1890) was één der talrijke kunstschilders die in het landschap van de Veluwezoom inspiratie vonden. Ook Bilders (tweede) vrouw, Maria Philippina van Bosse, en zijn jong overleden zoon, Albertus Gerardus beoefenden de schilderkunst. Bilders kwam in 1841 voor het eerst in Oosterbeek. Hij woonde o.a. in de Parre en Rozenhage aan de Benedendorpsweg. Zijn eerste vrouw overleed in 1861 en in 1880 trad hij met Maria van Bosse in het huwelijk. Zij was een dochter van mr. Peter Philips van Bosse (1809-1879) die verscheidene perioden als minister van financiën en van koloniën optrad. Het echtpaar Bilders-van Bosse ligt op het oude kerkhof aan de Fangmanweg begraven.
 
Borgerweg     De indrukwekkende Borgerboom, waarnaar de weg ooit werd genoemd, bestaat niet meer. Vanwege ouderdom en schade (in de septemberdagen van 1944) is de oude beuk na de oorlog geveld. Ook de romantische verklaring van de naam Borgerboom zal moeten worden afgeschreven: het is niet de naam van Elias Anne Borger, welke met de weelderige beuk verbonden werd. Voorzover deze Leidse dichter al ooit onder zijn dichte lommer bezieling heeft gezocht -gelijk de overlevering wil- zou daarmee nog de naam van de Borgerboom niet zijn verklaard. Een achterkleinzoon van wijlen Leonardus Borger heeft het gemeentebestuur namelijk verzekerd dat de boom destijds door overgrootvader Borger werd geplant en daarom als Borgerboom de geschiedenis is ingegaan. Leonardus Borger was van 1858 tot 1908 werkzaam op het landgoed Mariëndaal. Daartoe behoorden ook de gronden waarop de Borgerboom stond. Deze Borger legde tevens de Groene Bedstee op het landgoed aan en kreeg vanwege zijn zorg voor het landschap een legpenning van de Maatschappij tot Nut van het Algemeen. Diens zoon, Hermanus Borger, is eveneens gedurende ca. 60 jaar op het landgoed Mariëndaal werkzaam geweest. De Borgerboom stond op de plek waar nu de Van Heemstraboom (nabij de spoorlijn, in het verlengde van de Borgerweg) staat.

Bothaweg     Louis Botha (1862- 1919), Boerengeneraal in de Transvaalse  Boerenoorlog van 1699- 1902 en Premier van de Zuid -.Afrikaanse Unie van 1910 tot 1919.

Bredelaan     Het is duidelijk wat met deze naamgeving werd bedoeld, maar een nadere verklaring is er niet over te vinden.

Brendel Plantsoen     Johan Gerard Brendel (geboren te Rotterdam 1909, overleden te Oosterbeek 1977). Was als technisch employee werkzaam op de KEMA met bijzondere belangstelling voor de sociale kanten van het bedrijfsleven. Ook als raadslid (hij had zitting van 1962 tot 1966 en van 1969 tot 1970) kregen sociale zaken zijn bijzondere aandacht. Als wethouder (van 1974 tot 1977) beijverde hij zich met name ook voor de bouw van bejaardenwoningen. Brendel had een belangrijk aandeel in de oprichting van het sociaal fonds Kema.

Christiaan De Wetstraat     Christiaan Rudolph de Wet (1854-1922). Commandant in de 1ste Transvaalse Vrijheidsoorlog en boerengeneraal in de Transvaalse Boerenoorlog van 1899 tot 1902.

Christinastraat     Prinses Maria Christina (geboren 18 febr. 1947), jongste dochter van Prinses Juliana en Prins Bernhard.

Cornelia Schadeweg     Cornelia Teresia Maria Elisabeth Schade (geboren te Amsterdam 1873, overleden te Oosterbeek 1933), dochter van een Amsterdamse wijnhandelaar die zich in 1884 vestigde op Oosterpark. Het huis was toen nieuw gebouwd, ter vervanging van een uit 1847 daterend gebouw. Cornelia Schade deed veel voor de Rooms-katholieke kerk en parochianen. Het later naar haar genoemde Corneliapark, tussen Talsmalaan, Sandersen Pietersbergseweg, is in 1950 verkaveld.

Cornelis Koningstraat     Cornelis Koning (geboren te Renkum 1844, overleden te Oosterbeek 1914), had een bakkerij met winkel in de Weverstraat. De huizen aan de nu geheten Cornelis Koningstraat, voorheen Smidspad geheten, werden in de dertiger jaren door zijn dochter en schoonzoon (het echtpaar Meijer-Koning) gebouwd. Meijer was onderwijzer aan de Paasbergschool en zijn vrouw dreef in de Weverstraat een boekhandel welke na de oorlog tot het bedrijf van Meijer en Siegers aan de Utrechtseweg is uitgegroeid.

Cronjeweg     Pieter Arnoldus Cronjé, opperbevelhebber in de Transvaalse vrijheidsoorlog van 1880-1881 en Boerengeneraal in de Transvaalse Boerenoorlog van 1899-1902.

de Dam     De dam door het Zweijersdal is in 1935 als werkverschaffingsobject aangelegd. Er rezen toen wel bezwaren tegen het doorbreken van het unieke dal, maar het geopperde plan om liever een brug over het dal te leggen, had al evenzeer esthetische nadelen. Het werd bovendien te duur geacht. Doel van de dam was een betere verbinding tussen het oostelijk en westelijk gedeelte van het benedendorp tot stand te brengen en het Gemeentehuis, dat een paar jaar tevoren op Bato’swijk was gevestigd, beter bereikbaar te maken.

De La Reijweg     Jacob Herklaas de laRey(1847-1914), boerengeneraal tijdens de Transvaalse Boerenoorlog. Bezocht na de Vrede van Vereniging (1902) samen met Botha en De Wet Europa om geld in te zamelen voor het lenigen van de nood onder de boeren. Tijdens onlusten in Johannesburg werd De la Rey per ongeluk door een politieagent doodgeschoten.

De Smidse     In verband met de smederij door J. Derksen omstreeks 1900 in deze omgeving opgericht. M. Aits nam het bedrijf in 1923 over. Zijn opvolgers specialiseerden zich in de fabricage van gymnastiektoestellen.

De Vrijburg     
Geen nadere gegevens

De Vrijheidslaan     
Geen nadere gegevens

De Vrijhof
Geen nadere gegevens

Dedemweg     Over de oorsprong van de naam is niets bekend.

Dennenkampweg     Ontleend aan het voormalige landgoed de Dennenkamp, voor het laatst particulier bewoond  door de familie N.M. Lebret. Dit landgoed besloeg een gedeelte van de grond welke in 1836 door de St. Nicolaasbroederschap uit Arnhem werd verkaveld. De in 1862 gebouwde villa heeft van 1946 tot 1966 als Gemeentehuis dienst gedaan, om het DREIJENSEWEG verwoeste gemeentehuis op Bato’s wijk tijdelijk te vervangen. Toen op het naastgelegen deel van de Dennenkamp de bouw van een nieuw gemeentehuis was voltooid (1966) werd de oude Dennenkamp gesloopt.

Dennenoordpark     Het park dankt zijn naamgeving aan de familie Lucardie, die de villa (villa casanova) welke zij in 1922 kocht, omdoopte in Dennenoord. Het huis werd onder de oorspronkelijke naam in 1863 gebouwd door J.Fock, direkteur van de Nederlandse Bank. Op het terrein stond voor die tijd een Korenmolen die door de waterkracht van de beek van de Hemelse Berg werd aangedreven.

Dr.Breveestraat     Isaäc Brevée (geboren te Sluis 1879, overleden te Oosterbeek 1952) was bijna 48 jaar (van 2 mei 1904 tot 27 maart 1952)  huisarts in Oosterbeek.  Hij woonde o.a. in een nu verdwenen villa onderaan de Weverstraat, nabij de Fangmanweg, welke ook vóór hem als doktershuis werd gebruikt. Zijn graf bevindt zich op het oude kerkhof aan de Fangmanweg.

Dreijenseweg     Het goed Dreijen (Dreden of Drijden) wordt al in 1305 genoemd als één der goederen van de Commanderij van St.Jan in Arnhem. Oorspronkelijk bevatte het de grond ten noorden van de Utrechtseweg tussen Sonnenberg en Mariëndaal, tot aan de huidige Amsterdamseweg. In 1570 wordt melding gemaakt van het “het goet tho Dryen met huis, bouwland en heggen” De oude bouwhof is in 1845 gesloopt en door een nieuw herenhuis vervangen. Reeds in 1885 werd er een hotelbedrijf in uitgeoefend. Ook bij de verbouwing in 1909 bleef het huis grotendeels intakt. In het tegenwoordige hotel zijn o.a. in de kelders nog sporen van het oude bouwwerk terug te vinden.

Emmastraat     Adelheid Emma Wilhelmina Thérèsia van Waldeck- Pyrmont (1858-1934), tweede vrouw van Koning Willem lIl. Tijdens de minderjarigheid van Wilhelmina, koningin-regentes der Nederlanden (1890-1898).

Evert van Wilpweg     Evert van Wilp was de laatste manlijke telg van zijn geslacht. Hij overleed 1505 ongehuwd op kasteel Rosande, (z.a.) dat hij in 1496 van zijn moeder, Elisabeth van Arnhem erfde.

Fangmanweg     Dr. Leendert Fangman (geboren te Leiden 1834, overleden te Oosterbeek 1896) was sinds 1870 eigenaar van Bato’s wijk (z.a.). Het landgoed werd door Fangman belangrijk uitgebreid, zoals hij ook de Westerbouwing, dat omstreeks 1885 in zijn bezit kwam, verder tot ontwikkeling bracht. Aan de Fangmanweg (vroeger Kerkhofweg geheten) ligt de oude begraafplaats waar verscheidene straatnaamgevers (waaronder Fangman zelf) hun laatste rustplaats vonden.

Geelkerkenkamp     Waarschijnlijk was ene Geelkerken ooit eigenaar van gronden in de omgeving van wat nu Borgerweg heet. De naam komt voor op een kaart uit 1702, behorende bij die omgeving.

Generaal Urquhartlaan     Robert Elliot (Roy) Urquhart (geboren 28 nov. 1901, overleden 13 december 1988), generaal-majoor CB DSO, bevelhebber van de 1e Britse luchtlandingsdivisie tijdens de Slag om Arnhem. Toen vanaf 17-9-44 luchtlandingstroepen een poging deden de Arnhemse Rijnbrug in handen te krijgen, had brigadegeneraal Urquhart zijn hoofdkwartier in hotel Hartenstein (z.a.). Hij werd begiftigd met de zilveren erepenning van de gemeente Renkum.

Goudenregenlaan     Naar de bekende sierplant met goudgele hangende bloemtrossen.

Graaf Ottolaan     Otto Gelre (OttoI,graaf van Gelre van 1182-1207). Hij werd opgevolgd door zijn zoon Gerard III, die in 1229 overleed, diens zoon Otto II volgde hem toen op en hij overleed in 1271.

Graaf van Rechterenweg     Graaf van Rechteren Appeltern, van 1883 tot 1885 eigenaar van het huis Dreyen (zie Dreyenseweg). Hij was ook bewoner van het landgoed.

Hartenweg     Mogelijk is de naam ontleend aan het naburige landgoed Hartenstein (z.a.). Ook zou gedacht kunnen zijn aan de oude Renkumse buurtschap Harten.

Hartesteinlaan     Hartenstein was de naam welke de advokaat mr. J. v.d. Sluys gaf aan het herenhuis dat hij omstreeks 1780 liet bouwen. Deze naamgeving hield wellicht verband met het feit dat ongeveer op dezelfde plaats (ter hoogte van het huidige Klein Hartenstein) de herberg het Rode Hert heeft gestaan. Van der Sluys liet de herberg afbreken en legde door parkaanleg en de bouw van een herenhuis met bijgebouwen, de grondslag voor het landgoed Hartenstein. De tegenwoordige villa dateert van omstreeks 1865. De toenmalige eigenaar, de Amsterdamse effectenmakelaar Th. Sanders (z.a.), liet alle bouwsels weer verwijderen om plaats te maken voor Huize Hartenstein. Tijdens de slag om Arnhem deed de villa dienst als hoofdkwartier van Brigade-Generaal-Majoor Urquhart (z.a.). In 1942 was het gebouw een hotel geworden en sinds 1978 is er het Airborne-museum in gevestigd, dat daarvoor sinds 1949 in één der bijgebouwen van kasteel Doorwerth onderdak had gevonden.

Hazenakker     In een volksoverlevering wordt al in 1672 over een “boer van de Hazenakker” gesproken. In 1728 krijgt Johan Bentinck door loting bezit van onder andere “Den Hasenacker, groot vierdehalf molder gesaays”. Het huidige typisch Veluwse boerderijtje werd in 1863 gebouwd en wordt thans geheel gerestaureerd.

Hemelseberg     De naam “den Hemelseberg” komt voor het eerst naar voren bij een boedelscheiding in 1728 wanneer deze “heggeholt” (perceel hakhout) aan een der erfgenamen wordt toebedeeld . De Hemelseberg maakte tot die tijd deel uit van het goed Ter Aa dat vrijwel het gehele westelijke deel van Oosterbeek tot Doorwerth omvatte . Na 1741 werd het verworven gebied uitgebreid en omgevormd tot buitenplaats . Behalve een herenhui s, Engelse tuinen, bossen en vijvers was het landgoed een koren- en een papiermolen rijk. Vooral na 1836 waren uitbreiding en bebouwing omvangrijk. De nieuwe eigenaar, mr . C. P .E. Robid “e van der Aa (rechter te Arnhem, tevens schoolopziener) zette  de landschapsarchitecten Zocher en Sprenger  aan het werk om het landgoed te verfraaien . Diverse villa’s werden gebouwd: o .a . de Pietersberg,  Lucienheuvel (in 1863 afgebroken t.b .v. de nieuwe vijver onderaan de Kneppelhoutweg), ‘t H emeldal (later Instituut voor jonge heren, inmiddels ook gesloopt) en de Witte Poort (later Rijnzicht), daarna nog Transvalia (t.o. de huidige  Poort) dat in 1944/45 werd verwoest . In 1848  werd Jan Kneppelhout (z.a.) voor f 125.000- eigenaar van de Hemelse Berg. Hij liet landschapsarchitect Copijn nog meer verfraaiingen aanbrengen . Het heren huis werd gesloopt en een kasteelachtig gebouw kwam er voor in de plaats . Na het  overlijden van mevrouw U .M. Kneppelhout-van  Braam (1919) kwam het landgoed in het bezit van de gemeente, zij gaf het huis met omgeving voor 75 jaar in erfpacht aan de familie J . Beelaerts van  Blokland (z.a .) . September 1944 is het gebouw door de Duitsers in brand geschoten en dermate vernield dat het na de bevrijding moest worden gesloopt. Een deel van het terrein werd in 1952 verkocht aan de stichting Zendings diaconessenhuis te Amsterdam, ten behoeve van de bouw van  een verpleeg- en kraaminrichting . Het verpleeghuis kon eerst in 1961 in gebruik worden genomen.

Hertog Reinaldlaan     In de Gelderse historie komen verscheidene Reinalds of Reinouds voor. Aangenomen wordt dat in dit verband moet worden gedacht aan Reinald II die in 1326 graaf van Gelre werd en in 1339 tot hertog werd verheven . Hij overleed in 1343 .

Hesweg     De waterkorenmolen annex herberg de Hes, zo genoemd naar de vele langs trekkende Hessenkarren (kooplieden uit Hessen) . Het huis de Hes was in de 17e eeuw althans bekend als “het huys van  Hesaen Clingenbeek” . De watermolen werd aangedreven door de zogenaamde Sliepbeek, welke van Mariendaal  -tot welk landgoed het huis jarenlang behoorde-, langs de Hesweg naar de Klingelbeek stroomde . De beek vormt -ook nu nog- de  grens tussen de gemeenten Renkum en Arnhem . In de negentiende eeuw heeft de familie Egbert Jan Gerritsen op de Hes het molenaarsbedrijf uitgeoefend. Zij werd opgevolgd door A . en H . Aalbers (1875-1890), W. en H . Hendriks (1890-  1894), E.H. van Kraaykamp (1895-1902) en G .J . Brinkman (1903-1917) . De laatste periode waren waterrad en -bedding al in verval en werd het molenwerk door een petroleummotor aangedreven . Na 1917 kwam in het molenhuis de stomerij en weverij van Aug . Cramer uit Arnhem. Ook dit bedrijf profiteerde van het snelstromende en heldere beekwater.

Heuveloordweg     Heuveloord heette de villa aan de Emmastraat ongeveer ter hoogte van de tegenwoordige Beatrixweg waar onder anderen J. van der Molen Tzn heeft gewoond. Deze bekleedde het burgemeesterschap van Renkum van 1919 tot 1934, Hij was door zijn houding en witte baard ook in zijn  verschijning een echt burgemeesters type. De ontwikkeling van Doorwerth als woongebied werd door hem sterk bevorderd. Vandaar ook dat naar deze burgemeester in Doorwerth een straat werd genoemd.

Hilhorstweg     Arend Hilhorst (geboren to Oosterbeek 1830, overleden to Renkum 1909), rovethouder van ca . 1 892 tot 1908 . Hij was van beroep timmerman/ aannemer en woonde aan de Benedendorpsweg tegenover de Nieuwe vijver .

Hogerheide     Hoewel een tiental jaren geleden ook op straat- naamborden en officiële lijsten één letter “0” werd weggelaten, was het hier bedoelde Huis “Hoogerheide” . De naam zal verband houden met de omstandigheid dat het hoog gelegen terrein tot 1880 nog braakliggend heideveld was. In dat jaar liet de Amsterdamse goudhandelaar R.D. Benten er een landhuis bouwen. Na diens overlijden kwamen grond en huis in bezit van burgemeester Van Toulon van der Koog (z.a.). Het huis werd in 1913 gesloopt en de grond verkocht ten behoeve van wegenaanleg en huizenbouw.

Hogeweg     Het is duidelijk wat met deze naamgeving werd bedoeld, maar een nadere verklaring is er niet voor te vinden. Misschien komt de naam voort uit het feit dat deze weg hoger dan de Benedendorpsweg lag.

Hoofdlaan     Hoofd- of oprij laan naar de Hemelseberg (z.a.) . In de nabij heid van de laan staan twee monumenten ter nagedachtenis aan  het echtpaar Kneppel- hout-van Braam dat jarenlang het huis Hemelse- berg bewoonde : een zui l die ter gelegenheid van de zeventigste verjaardag van mevrouw Kneppel- hout door “Het dankbare Oosterbeek” in 1895 werd aangeboden en een pergola twintig jaar la- ter als °H ulde en da nkvan Oosterbeek” aan de 90- jarige weldoenster.

Ireneweg     Irene Emma Elisabeth, Prinses der Nederlanden. Zich noemende Prinses van Lippe-Biesterfeld. (geboren 5 augustus 1939 te Soestdijk). Tweede dochter van Prinses Juliana en Prins Bernhard.

Italiaanseweg     In 1848 liet de eigenaar van de gronden ter plekke, J.A.P. Baron van Brakell van kasteel Doorwerth, een verbindingsweg aanleggen tussen de Fonteinallee en de twee jaar eerder aangelegde Wolfhezerweg. Vanwege de haarspeldbochten in deze nieuwe weg (nabij de Fonteinallee) die Van Brakell in Italiaanse bergwegen ook gezien had, werd de naam Italiaanseweg. Overigens werd de weg aangelegd langs de al bestaande oude beuken, die in vroegere jaren geplant werden op de scheiding van percelen en derhalve scheibomen worden genoemd. De beuken langs het noordelijke gedeelte van de Italiaanseweg (tussen Kerklaan en Utrechtseweg) zijn zo’n 300 jaar oud.

J.J. Talsmalaan     Jenze Jan Talsma, (geboren te Ferwerderadeel 1884, overleden te Renkum 1961), burgemeester van 1934 tot 1949. Had door studie en ervaring veel aandacht voor de planologische ontwikkeling van de gemeente. Het zogenaamde Corneliapark, waarin de later naar hem genoemde straat is gelegen, werd mede door Talsma’ s ontwikkelde activiteiten gemeente-bezit. Zijn burgemeesterschap, gedurende de evacuatie-periode (september 1944 tot mei 1945) onderbroken, werd na de bevrijding tot begin 1946 waargenomen door mr J. ter Horst, advocaat en procureur.

Jacobaweg     Het hoffelijke gebaar van een blijkbaar lief- hebbend echtgenoot: Evert Jan Gerritsen heeft er voor gezorgd dat zijn vrouw Jacoba Janssen, (geboren 1844 te Renkum, overleden te Oosterbeek 1917), met een straatnaam werd geëerd. Tuinman Gerritsen woonde omstreeks 1900 op de hoek van de tegenwoordige Prins Hendrikstraat en Jacobaweg. Er lag destijds een smal pad dat de gemeente graag wilde verbreden, maar daarvoor was het nodig dat Gerritsen een stukje van zijn grond wilde verkopen. Deze ging akkoord als de nieuwe weg naar zijn vrouw zou worden genoemd.

Jagerskamp     In oud-nederlands betekent “jagen” óok drijven. Bijvoorbeeld van schapen. Er zou sprake kunnen zijn van een oude schaapsdrift. Temeer daar op een kaart uit 1702 een weg is te zien -nabij de huidige Jagerskamp -die aan de noordzijde van de Utrechtseweg ‘Schapenwegh’ heet. Deze weg volgt ongeveer de huidige Van Eeghenweg. Wellicht lag er ter hoogte van wat nu de Jagerskamp is, van oudsher bouwland (‘kamp’ is bouwland) van ‘jagers’, lieden die hun schapen vanuit hun schaapskooi(en) in het benedendorp naar de heide in het bovendorp dreven. De naam Jagerskamp komt in 1857 al voor.

Jagerspad     Het pad zal zijn naam hebben gekregen in samenhang met die van de Jagerskamp (z.a.).

Jan van Embdenweg     Jan van Embden (geboren te Didam 1823, overleden te Oosterbeek 1896) was burgemeester van de gemeente Renkum van 1866 tot 1892. (Toen was Doorwerth, met gedeelten van wat nu Heelsum en Wolfheze is, nog een aparte gemeente). Onder zijn burgemeesterschap werd (1866) een gemeentehuis gebouwd op de hoek van de later naar hem genoemde weg en de Utrechtseweg. Van Embden kwam omstreeks 1860 in het bezit van gronden in de omgeving van de Dreijenseweg en de latere Johannahoeve. Hij was oprichter van de Nutsspaarbank en de Kruisvereniging (toen “de Ziekenverpleging” geheten), in Oosterbeek.

Jan van Riebeeckweg     Jan van Riebeeek (1619-1677) Nederlands Koloniaal pionier, sinds 1639 als onderchirurgijn in dienst van de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Hij stichtte o.a. de Hollandse kolonie in Zuid- Afrika (Kaapstad en omgeving) en was daarna werkzaam in Indië. Eerst als lid van de Raad van Justitie en later als bevelhebber te Malakka en secretaris van de regering.

Jhr. Ned. Van Rosenthalweg     Jhr. Nedermeijer, Ridder van Rosenthal, gemeente- secretaris van 1901 tot 1907 en van 1907 tot 1917 burgemeester van Renkum. Hij woonde Lebretweg 1, op de hoek van de Utrechtseweg.

Johan Frisoflat     
Geen nadere gegevens

Johannahoeve     Naar de dochter Johanna van G. van Mesdag, die het door hem in 1908 gekochte jagershuis tot landhuis liet verbouwen en op het goed probeerde een modelboerderij te exploiteren, wat hem tot ca. 1922 lukte. In het midden van de negentiende eeuw behoorde de grond tot het bezit van (de latere burgemeester) Jan van Embden. Hij liet er een boerderij en jagershuis bouwen en gaf deze de naam Waldfrieden. De congregatie van de Fathers van Mill Hill werd in 1943 eigenaar van een gedeelte van de Johannahoeve. Waldfrieden brandde in september 1944 af; ter plekke verrees na de oorlog het nieuwe gebouw.

Johannahoeveweg     Zie Johannahoeve.

Johannaweg     Wilhelmina Johanna Koning-Jansen (geboren te Oosterbeek 1842, overleden te Oosterbeek 1914). Zie ook Cornelis Koningstraat.

Joubertweg     Petrus Jacobus Joubert, Zuid-Afrikaanse staatsman en militair (1831-1900), waarnemend president van de Zuid-Mrikaanse republiek. Hij had een leidende rol zowel in de eerste als in de tweede vrijheidsoorlog. Bij de verkiezingen van Staatspresident werd hij steeds door Paul Kruger verslagen, maar zag zich wel telkens tot vice-president benoemd.

Julianaweg     Juliana Louise Emma Wilhelmina Koningin der Nederlanden, prinses van Oranje Nassau (geboren 30 april 1909 als dochter van Koningin Wilhelmina en prins Hendrik), prinses van Lippe Biesterfeld, hertogin van Mecklenburg-Schwerin. Koningin der Nederlanden van 1948 tot april 1980 toen zij weer prinses werd, om door haar dochter-Beatrix te worden opgevolgd.

Karel van Gelderlaan     Karel van Egmond, Hertog van Gelre (1492-1538). Hij kocht in 1518 het goed Rosande van Wijnand van Arnhem. Op het hoogtepunt van zijn macht strekten zijn bezittingen zich uit tot aan de Waddenzee. Hij werd begraven in de St. Eusebiuskerk te Arnhem.

Keerweer     Tot omstreeks eind 1935 moest het verkeer dat vanaf de Paasberg deze straat inging letterlijk weerkeren: de weg liep op het Jagerspad dood. De straatnaam is een persoonlijke vinding geweest van burgemeester Van der Molen. Deze kwam van Rotterdam waar ook de straatnaam “Keerweer” bestaat.

Kerkeland  
Geen nadere gegevens

Kerkpad     Het pad dat van het Drielse veer(weg) recht streeks naar de oude Hervormde kerk leidt. Voor al in de 15e eeuw gold voor de Drielse parochi anen deze kortste weg als kerkpad. Toen Driel nog geen eigen kerk bezat (het kreeg deze eerst in 1470) werd in Oosterbeek gekerkt. Het veer is lange tijd kerkelijk bezit geweest.

Klein Dreijen    

Geen nadere gegevens


Klingelbeekseweg     De (Arnhemse) buurtschap Klingelbeek dankt haar naam aan het beekje dat ook de watermolen in deze omgeving van drijfkracht voorzag. De weg door deze buurtschap liep door een diep dal. Later is dat door het aanbrengen van een duiker enigszins opgehoogd. De “Klingelbult” bleef voor boerenwagens echter een stevige klim, waarbij meestal een tweede voorgespannen paard moest worden gebruikt.

Kneppelhoutweg     Het echtpaar Kneppelhout-van Braam bewoonde jarenlang het landgoed de Hemelse Berg en heeftveel gedaan voor kunstenaarswereld en bevolking van Oosterbeek. Johannes Kneppelhout werd in 1814 in Leiden geboren en trouwde in 1845 met Ursula Martha van Braam, zijn achter nicht en dochter van de burgemeester van Hat tem. Zij kochten in 1848 de Hemelse Berg (z.a.) voor f 125.000,-(z.a.) om er zich in 1858 te vestigen. De Kneppelhouts beperkten hun activiteit niet tot de belangrijke verfraaiing van hun land goed, dat een centrum werd voor schilders en dichters. Zij lieten later voor dit doel o.a. in Oosterbeek ook de Concertzaal in het Benedendorp bouwen. Johannes Kneppelhout bekostigde de stu die van verscheidene jonge mensen en werd als schrijver bekend door de werken (o.a. “Studenten typen” en “Studentenleven”), welke hij onder het pseudoniem Klikspaan schreef. Hij overleed 8 no vember 1885. Zijn weduwe heeft tot haar overlijden (I8mei 1919) de Hemelse Berg bewoond.

Laakweg     Laak is een oude benaming voor een beek, wetering of grenssloot. De Oosterbeekse Laak is een gedeelte van de uiterwaarden tussen het Unksepad (z.a.) en Spoordijk.

Lebretweg     De Lebrets bewoonden jarenlang huize Dennekamp. Prof. Jacobus Lebret (1819-1906) en zijn echtgenote Amelia Lebret-Caland (1830-1899) voelden zich nauw betrokken bij de Remonstrant- se kerk. Zij beijverden zich de Oosterbeekse Remonstrantse gemeente onafhankelijk te maken van de Arnhemse en financierden de bouw van een eigen kerkgebouw aan de Wilhelminastraat. Beiden zijn aan de Fangmanweg begraven. Nicolaas M. Lebret, een neef, heeft fortuin gemaakt in Nederlands-Indië, had daar bezittingen, maar ook elders in Nederland (Deelerwoud e.a.). Mej. A.W. Lebret was bij de Oosterbekers als “tante Mies” bekend. Zij stond grond afvoor de bouw van een wijkgebouw aan de Joubertweg. Een herinneringstegel aan het wijkgebouw verwijst naar deze menslievende daad.

Loopbergenseweg     De naam “de Loopbergh of Loobergh” was al in 1725 bekend. Ze houdt verband met het woord “Loo” dat een beboste heuvel of gewoon bos bete kende. Op een kaart uit de zeventiende eeuw wordt de naam gebruikt voor een nieuw aangemaakt stuk heetveld (heideveld) achter het klooster Mariëndaal. Nu nog steeds bouwland. De nog bestaande boerderij (1835) werd bewoond door een zetboer die voor de heren van Rosande hun gronden in deze omgeving bewerkte. 

Loopuijtlaan     Albert Antoine Loopuyt (geboren te Rotterdam 1873, overleden te Renkum 1960), van 19071919 gemeentesecretaris. Vanaf 1917 eigenaar van één van de laatste delen van de Heerlijkheid Rosande, n.l. de omgeving van de Loopbergenseweg ten noorden van het spoor. Loopuyt liet het huis Schelmseweg nr. 1 bouwen en woonde later aan de huidige Loopuytlaan.

Lukassenpad     Willem Lukassen stichtte in 1847 een smederij op de plaats waar zijn nakomelingen in de vijfde generatie nog steeds, zij het met modern construktie- gereedschap, smidswerk verrichten. Willem leerde het vak in de smederij aan de Benedendorpsweg, waar later de smederij van Breman was.

Margrietstraat     Prinses Margriet Francisca derde dochter van Prinses Juliana en Prins Bernhard, geboren 19 januari 1943 te Ottawa, Canada. Gehuwd met Mr. Pieter van Vollenhove.

Mariaweg     Genoemd naar Maria Sanders (1857-1936), de tweede dochter van Th. Sanders (z.a.) die vele bezittingen had in Oosterbeek (zie ook bij Annastraat). Bij de verkaveling van Dreijen in 1883 werd de Mariaweg aangelegd.
 
Mariënbergweg     Naam mogelijk gekozen in verband met het nabije landgoed MariëndaaL Mariënberg is de naam van de villa aan de Jhr. Nedermeijer van Rosenthalweg 16, het voormalig woonhuis van jhr. Ferdinand Wittewaal van Stoetwegen, burgemeester van Doorwerth (1904-1916). Nu is er het Leo Kannerhuis (centrum voor autistische kinderen) gevestigd.

Mariëndaal     Op grond van Wijnand van Arnhem (z.a.) werd in 1392 een klooster gebouwd. Het daartoe beschikbaar gestelde gebied was toen reeds als Mariëndaal bekend. Eerste prior van het klooster werd Johannes a Kempis, een broer van de bekende Thomas die “De navolging van Christus” schreef. Na de reformatie in 1587 is het klooster gesloopt. Op de plaats waar nu het landhuis staat liet J. Brantjes huize Mariëndaal bouwen. Hij had dat in ieder geval tot na 1735 in bezit. Zijn schoonzoon, Jacob Nicolaas van Eck voorzag de villa omstreeks 1857 van een tweede verdieping. Het landgoed is verder tot 1936 in bezit het van dezelfde familie Van Eck gebleven. Al te streng werd het “Verboden toegang” niet gehandhaafd. De verpachte akkers moesten immers toegankelijk blijven en er hadden ook wel zendingsfeesten e.d. plaats. Mariëndaal is echter eerst publiek wandelgebied geworden nadat het landgoed in 1936 door de stichting het Geldersch Landschap was aangekocht. In het huis is, na herstel van de zware oorlogsschade, nu het Bedrijfslaboratorium voor grond-en gewas onderzoek gevestigd.
 
Marja     
Geen nadere gegevens
 
Materman Plantsoen     Frederik Materman (geboren te Rheden 1881, overleden te Arnhem 1948), van 1920 tot 1939 lid van de gemeenteraad als vertegenwoordiger van de toenmalige SDAP. Hij was het eerste socia- listische gemeenteraadslid in Renkum.

Mauritsstraat     Maurits Willem Pieter Hendrik, prins van Oranje Nassau (1968), oudste zoon van prinses Margriet en Mr. Pieter van Vollenhoven.

Middenlaan     Het is wel ongeveer duidelijk wat met deze naamgeving werd bedoeld, maar een nadere verklaring is er niet voor te vinden.

Molenberg     In het verleden waren er twee “Molenbergen” , die beiden hun naam ontleenden aan daar gevestigde molens. De tweede Molenberg kreeg later de naam Molenweg (z.a.). Op de tegenwoordige Molenberg stond omstreeks 1860 de molen van Jan Gerritsen, voordien molenaar van “De Hes” (z.a.). Na Gerritsen (1860-1865) worden nog als molenaars genoemd Uit den Bogaard (1865-1869) en J.N. van Lingen. Van Lingen was in 1916 nog molenaar. Omstreeks de eeuwwisseling werd de (wind)molen in een stoommaalderij omgezet. De windmolen is in 1927 gesloopt.

Molenweg     De molen De Hoop aan de Molenweg (de Z.g.tweede Molenberg) was al enige jaren op motorkracht overgegaan toen in 1921 haar wieken en kap werden gesloopt. Volgens een oude sluitsteen boven de toog stamde de (geleidelijk onttakelde) molen uit 1858. Als vroegere molenaars worden o.a. genoemd landbouwer H.G. Aalbers (1891-1894), Gille (1900) en de familie Kreeftenberg (19061942).

Monnikenweerd     Naam houdt verband met de voormalige heerlijkheid Rosande. Een eerdere naam: Patersweerd. Deze waard (uiterwaard) bij de Rijn was in gebruik bij de kloosterlingen van Mariëndaal en behoorde tot het bezit van Rosande (z.a.).

Munninghofflaan     Xeno Augustus Franciscus Münninghoff(geboren te Deventer 1873, overleden te Barneveld 1944) was een begaafd kunstschilder, wiens landschappen in brede kring worden herkend en gewaardeerd. Als direkteur van de gemeentelijke tekenschool te Renkum heeft hij bij velen kunstgevoel en kunstvaardigheid versterkt. Zijn echtgenote Mathilda Jacoba (Tilly) van Vliet (1879-1960) maakte stillevens, bloemen en portretten. Het gezin Münninghoff woonde in de Heerdstede aan de Van Toulon van der Koogweg. Na de septemberdagen 1944 moest het gezin, als veel Oosterbekers, naar de gemeente Barneveld evacuëren. Daar is Xeno op 31 oktober van dat jaar overleden. Beide kunstenaars zijn aan de Fangmanweg begraven.
 
Muntendam     
Geen nadere gegevens

Nassaulaan     Willem van Nassau-Dillenburg (1533-1584) stamvader van het huis van Oranje Nassau  in de Nederlanden. 

Nico Bovenweg     Evert KJ. Boue n (geboren te Zwolle 191 9, overleden in het Duitse concentratie kamp Schwesing, 1944) had een belangrijk aandeel in het ondergrondse verzet dat ook in de omgeving van Oosterbeek tegen de Duitse bezetting werd geboden. In zijn eigenlijke woonplaats (Groningen) vanwege zijn illegale activiteiten gezocht, dook hij bij zijn oom, Even Zwarts, van pension „’t Hemeldal” aan de Graaf van Rechterenweg onder. Onder de schuilnaam “Nico” trad hij op als provinciaal leider van de L .O. (de Iandelijke organisatie tot hulp aan onderduikers) in Gelderland . Omdat hij ook her weer door de Duitse Sicherheitsdienst werd gezocht, verbleef hij telkens op andere adressen. Ondergedoken op een boerderij bij Heelsum wist de SD hem te grijpen . Na een martelende verhoorperiode is Nico naar Neuengamme-Schwesing overgebracht en daar op 24-jarige leeftijd overleden. Zijn stoffelijke reaten werden 9 mei 1 955 herbegraven op de Algemene Begraafplaats (Noord) te Oosterbeek.

Nieuwland     Een naam welke al op zeer oude kaarten voor dit gebied wordt genoemd. Ze werd ook op de latere uitbreidingsplannen overgenomen.

Nieuwlandweg     
Geen nadere gegevens

Noorderweg     Hoewel ongeveer duidelijk is wat met deze de naamgeving werd bedoeld is een nadere verklaring hiervoor niet te vinden.

Ommershoflaan     Naar het buitenhuis “Ommershof”, door mr Hendrik Hester Constantijn Castendijk in 1913 gebouwd. In de nabijheid stond het in 1950 gesloopte huis Felixoord. Op dit terrein werd in 1948 het Vegetarisch centrum gebouwd.

Oranjeweg     Gelet op de vele aan de Boeren-oorlog ontleende straatnamen in deze omgeving kan worden aangenomen dat bij Oranjeweg aan de Oranje-Vrijstaat werd gedacht.

Ossenweerd     Deze weerd (of uiterwaard), even oostelijk van het vroegere Rijnbad gelegen, zal waarschijnlijk in het bijzonder als weideplaats voor ossen hebben gediend. Er wordt namelijk ook wel over Ossenkamp gesproken.

Oudenallenstraat  A.v.     Aland van Oudenallen, (geboren te Herwijnen 1876, overleden te Arnhem 1927). Gemeentesecretaris van 1919-1927.

Oude Kloostertuin     
Geen nadere gegevens
 
Overzicht     Buitenplaats met fraai overzicht op uiterwaarden en Betuwe. Het door A. van Geuns (omstreeks 1860) gebouwde herenhuis werd later bewoond door Joh. Backer jr, wethouder en zoon van de oud-burgemeester van Renkum (zie Backerstraat). De buitenplaats kwam in 1899 in bezit van Matthijs Sanders (1859-1926), die het huis reno- veerde en van daaruit sinds 1908 een particulier waterbedrijf exploiteerde. (zie Sandersweg).

Paasberg     Naam vermoedelijk in vroegere tijden ontstaan, omdat op deze plaats paasvuren werden ontstoken. De Paasbergschool is sinds 29 augustus 1881 hier gevestigd.

Parallelweg     Parallel aan de in 1845 tot stand gekomen spoorbaan Utrecht-Arnhem (zie Stationsweg).

Pastoor Bruggemanlaan     Hermanus Cornelis Bruggeman (geboren te Oldenzaal 1888, overleden te Oldenzaal 1961) pastoor van de St. Bernulphusparochie van 26 augustus 1938 tot 8 mei 1959. Tijdens de bewogen septemberdagen van ’44 zette hij zich in voor de hulp aan gewonden en stervenden. Ondanks het daaraan verbonden risico bood hij Engelse militairen een schuilplaats in de kerktoren. In de na oorlogse jaren vroeg herstel van het kerkgebouw zijn bijzondere aandacht. Er is toen tevens een nieuwe kapel alsmede een tweetal zij-ingangen bijgebouwd. Bij zijn afscheid is pastoor Bruggeman de zilveren erepenning van de gemeente Renkum toegekend..

Patersweerd     Zie Monnikenweerd.

Paul Krugerstraat     Stephanus Johannes Paulus {Paul} Kruger (1825-1904) van 1883 tot 1902 President van de Zuid-Afrikaanse republiek (TransvaaD. Bij het uitbreken van de tweede Boerenoorlog (1899), welke hij had geprobeerd te voorkomen, begaf hij zich aan boord van het door koningin Wilhelmina beschikbaar gestelde Nederlandse oorlogsschip ‘Gelderland’ naar Europa om steun voor de Boeren te zoeken.

Peltstraat     
Geen nadere gegevens
 
Pietersbergseweg     Het landgoed de Pietersberg, dat oorspronkelijk deel van de Hemelseberg uitmaakte, kreeg deze naam toen mr C.P.E. Robidé van der Aa het huis liet bouwen ten behoeve van zijn zoon Pieter Jan Baptist. Dat was in 1836. Het hele landgoed de Hemelseberg werd dat jaar bezit van Robidé van der Aa. Later (1848) ging dat bezit over op Jan Kneppelhout, die het toen reeds genoemde “Landgoed de Pietersberg” verkocht aan C.P. van Eeghen. Na door vier generaties Van Eeghen (z.a.) te zijn bewoond, werd het landgoed eigendom van de gemeente. Een particuliere stichting huurde in 1948 het huis on als conferentie-oord te dienen.

Plein     Een plein waarvan de naam duidelijk haar herkomst verraadt, maar dat onder die naam nauwelijks bekend is. Zelfs heeft dit plein het niet tot een naambordje weten te brengen. Er ontstond op de kruising van Weverstraat en Van Toulon van der Koogweg een als zodanig te herkennen “plein”, toen er, kort na de oorlog, noodwinkels werden gebouwd. Deze moesten dienst doen in afwachting van nieuwbouw van de vernielde winkels in het centrum. De wederopbouwplannen ondergingen nogal eens wijziging. Bij voltooiing daarvan bleek het “plein” nog slechts als ontmoetingspunt van twee wegen herkenbaar te zijn. De herbouwde winkels werden resp. tot de Weverstraat en de Van Toulon van der Koogweg gerekend. Alleen het postkantoor (nr. 2) en de voormalige dienst woning (nr. 1) hebben Plein 1946 nu als officieel adres.

Ploegseweg     Het Ploegsepad, dat later na verbreding en verharding tot Ploegseweg werd verheven, liep in de richting van de herberg de (Vergulde) Ploeg aan de Benedendorpsweg.

Polderweg     De naam van deze ‘weg’, die nabij het Unksepad door de uiterwaarden loopt, spreekt voor zich.

Postpad     Voerde jarenlang als verbinding tussen Anna- en Weverstraat langs het Postkantoor, (noordelijke hoek Annastraat/Postpad). Voordien (1877-1903) was het Postkantoor in de Weverstraat gevestigd. Tijdens de oorlog werd het postkantoor aan de Annastraat verwoest. Het vond een tijdelijk onderkomen in de “villa Marja” aan de Utrechtseweg om in 1957 naar het nieuwe gebouw aan Plein 1946 te worden verplaatst.

Poststraat     Verbinding tussen Weverstraat en Van Toulon van der Koogweg naast het nieuwe Postkantoor.

Prins Bernhardweg     Bernhard Leopold Frederik Everard Julius Coert Karel Godfried Pieter, prins der Nederlanden, prins van Zippe-Biesterfeld (geb. 29 juni 1911), in 1937 gehuwd met prinses -later: koningin – Juliana.
 
Prins Hendrikstraat     Hendrik Wladimir Albreeht Ernst, Hertog van Mecklenburg-Schwerin (1876-1934). In 1901 gehuwd met KoningIn Wilhelmina.

Raanhuisstraat     Vernoemd naar de meubelfabriek Raanhuis, welke gevestigd was aan de J.v.Embdenweg
 
Reuvensweg     Casper Louis Reuvens (geboren te Arnhem 1863, overleden te Oosterbeek 1915), van 1898 tot 1915 eigenaar van Vreewijk. Deze zoöloog, doctor natuurwetenschappen -afkomstig uit Leiden- vestigde in een door hem gesticht bijgebouw van Vreewijk een polikliniek voor on- en minvermogenden. Een twaalftal jaren (van eind 1899 tot 1912) heeft dokter Reuvens veel patiënten gratis hulp verleend. De naam Vreewijk was ontleend aan het Leidse landgoed waar Reuvens tevoren woonde.

Rosandepolder     Rosande vormde reeds in 1413 een zogenaamde “Heerlijkheid”, een eigen rechtsgebied, leenroerig aan Doorwerth. Het kasteel werd in de Franse tijd verwoest en is daarna niet meer opgebouwd. Overblijfselen van het bouwwerk zijn nu nog in het terrein herkenbaar, ten oosten van de spoorlijn. De naam Rosande duidt op gerooid bos of, meer waarschijnlijk, op rood zand, zoals dat op verschillende plaatsen in deze omgeving voor komt.

Rosandeweg     Zie Rosandepolder.

Rozenpad     De naam Rozenpad komt al in de achttiende eeuw voor. Ze houdt dus geen verband met het feit dat in latere tijden aan de beneden-Weverstraat een rozenkwekerij was gevestigd. (In de adresboeken wordt van 1905 tot 1924 J. Verste eg als rozen- kweker vermeld).

Rozensteeg     Zie Rozenpad
 Sandersweg     Theodorus Sanders, (geboren te Kortenhoef 1815, overleden te Amsterdam 1881), was een effectenmakelaar uit Amsterdam. Kocht in 1861 het landgoed Hartenstein en later grote delen van Oosterbeek o.a. op Dreijen (zie Anna en Maria) en in de omgeving van het Stenen Kruis. Hij is de naamgever van de weg die de scheiding vormde van zijn landgoed Hartenstein en de Pietersberg. Zijn zoon Matthijs exploiteerde sinds 1908 een particulier waterbedrijf dat uiteindelijk in 1956 in gemeentelijke handen is overgegaan. (Zie Overzicht).

Schellardweg     De Schellarts (dus toen geschreven met een t) bewoonden in de zestiende eeuw het kasteel Rosande (zie Rosandepolder). Bouwer van het laatst bekende kasteel was Frederik Schellart van Obbendorp, die het verwoeste gebouw in 1538 weer opbouwde. Van 1565 tot 1581 was Daem Schellaerd van Obbendorp, zijn zoon, tevens heer van Doorwerth.

Schelmseweg     De weg kreeg vermoedelijk zijn naam door de “schelmen”die tot in de negentiende eeuw werden terechtgesteld op het galgeveld aan de (Arnhemse) Schelmseweg. De doodstraf is in Nederland officieel in 1870 in tijd van vrede afgeschaft.

Schoolstraat     Naar de (gereformeerde) Groen van Prinstererschool, hier in 1930 gebouwd en tijdens de oorlog verwoest.

Secr. Kuitstraat     Dat deze straatnaam begint met de functie van de vernoemde, is terecht: Gerhard Kuit (geboren te Deventer 1876, overleden te Oosterbeek 1947), stond in het dorp eigenlijk alleen bekend als” de gemeentesecretaris”: het type van een zwijgzaam en plichtsgetrouw ambtenaar. Voordien was hij gemeentesecretaris te Deventer. Hij vervulde de functie van gemeentesecretaris in Renkum van 1927 tot 1941. Burgemeester J. van der Molen wist hem naar Renkum te halen. Zijn teruggang in salaris werd goedgemaakt doordat hij het recht kreeg volontairs ter secretarie te houden (jonge lieden van gegoede komaf, die hij tegen betaling de kennis bijbracht voor hun latere burgemeestersambt).

Slijpbeekweg     Slijp beek is de naam waaronder de beek, langs de Hes, in oude stukken wordt genoemd (zie Hesweg). Op haar beurt dankte de beek haar naam aan de dusgenaamde slijp-molen (Slijpmolen is een molen om gereedschap te slijpen) welke zij, door haar sterk verval, van aandrijf kracht voorzag.

Sonnenberglaan     De Sonnenberg wordt al in 1428 genoemd als “een hegge holts gelegen in Hillenbossche”. Hendrik van Wijhe was toen eigenaar. Het laatst bekende huis werd 1883 door J.R. Wellenberg gebouwd. Een indrukwekkend herenhuis met verscheidene torentjes en decoratieve uitbouwsels. Wellenberg werd begraven op het eigen kerkhofje van Sonnenberg, waar nu de “Residence Hillenbos” wordt gebouwd. Zijn grafmonument, dat van de oude bouwwerken nog het langst stand heeft weten te houden, had toen allang het veld moeten ruimen. Na Wellenberg’s dood is het bezit enige malen van eigenaar verwisseld. Huis en park raakten geleidelijk in verval. Na de oorlog kwam de gemeente in bezit van het landgoed. Huis en naaste omgeving werden verkocht aan de Nederlandse Onderwijzersvereniging (NOV) (1951),welke het huis liet slopen en een rusthuis voorgepensioneerde onderwijskrachten deed verrijzen.

Spanjaardstraat     
Geen nadere gegevens
 
Sportlaan     De naam van deze laan, die naar de sportterreinen van “de Bilderberg” leidt, spreekt voor zich.

St.Bernulphusstraat     Bernulphus (aanvankelijk Bernold of Bernoldus) zou volgens de overlevering omstreeks de elfde eeuw pastoor van Oosterbeek zijn geweest. Hij overleed 19 juli 1054. De legende wil dat Bernulphus onder bijzondere omstandigheden in contact kwam met de toemalige machthebber Keizer Koenraad II.Deze had op doorreis zijn echtgenote Keizerin Gisela in Oosterbeek moeten achterlaten, omdat zij een kind verwachtte. Zij werd in de pastorie opgenomen en liefdevol verzorgd. Na van de pastoor het bericht over een voorspoedige geboorte van een zoon te hebben ontvangen, zou Bernulphus door de keizer tot (de 20e) bisschop van Utrecht zijn benoemd (1027). Sint Bernulphus is Schutspatroon van de Rooms Katholieke Kerk (sinds 1860).

Stationsweg     Het stationnetje waar deze weg zijn naam aan ontleent, is volgens de officiele Spoorwegmaatstaf, eigenlijk nooit meer dan “een halte” geweest. Sinds de afbraak van het lokettenkantoor kan de halte ook nauwelijks op gewichtiger naam aanspraak maken. Maar jarenlang heeft Oosterbeek over twee stations gesproken: Oosterbeek-hoog (Stationsweg) en het rechtmatig zo genoemde Oosterbeek-Laag (Klingelbeek). Station-hoog werd in 1848 in gebruik genomen. De door de  Rhijn Spoorweg-maatschappij aangelegde trein- verbinding Utrecht-Arnhem deed al sinds 16 mei 1845 dienst (zie ook Taludweg).

Steijnweg     Marthinus Theunis Steyn (1857-1916), nam deel aan de Transvaalse Boerenoorlog en was president van de Oranje-Vrijstaat. Door zware ziekte gedwongen droeg hij het presidentschap over aan Christiaan de Wet. Na lang verblijf in Europa keerde hij in 1905 terug naar de Oranje-Vrijstaat om nog voor rechten en culturele ontwikkelingen van de Afrikanen te ijveren.

Stenenkruis     Blijkens een kaart van 1702 moet dat Kruis hebben gestaan op de hoek van de weg die tussen Benedendorpsweg 26 en 18 de polder ingaat. Het z.g. “Steene Cruysbos” lag ten noorden en zuiden van deze weg. Omstreeks 1810 wordt het Steenen Kruis, (dan nog ongeveer 4 ha.) verkocht. Daarna kwam het in bezit van de familie Van Rees, waarvan nakomelingen nu nog op deze grond wonen.

Stephanieweg     Over de oorsprong van deze naam is niets bekend.

Stortweg     Naar de gemeentelijke vuilnisstortplaats die aldaar gevestigd is geweest.

Strodorpsweg     De vaak met stro gedekte arbeidershuisjes in deze omgeving gaven de volksmond in vroeger tijden aanleiding om over het Stroodorp te spreken.

Taludweg     Het talud (glooiing van aardwerken) werd gegraven ten dienste van de in 1845 gereed gekomen spoorbaan Utrecht-Arnhem (zie Stationsweg). Het omvangrijke graafwerk, dat nog weinig mechanische hulp ten dienste stond, was een zwaar en langdurend karwei. De voor het zand-transport vereiste paarde-kracht moest nog metterdaad door paarden worden geleverd. Veel dieren zijn daarbij bezweken en op een speciaal kerkhof begraven.

Transvaalstraat     De “Transvaalse oorlog”, -de boeren-oorlog in Zuid-Mrika-welke omstreeks de eeuwwisseling plaats had, werd ook in Nederland intens mee-beleefd. Het zal ook uit sympathie voor de boerenvrijheids- strijders zijn geweest dat vele straten in Dreyen (deze wijk kwam ongeveer in dezelfde periode tot ontwikkeling) namen van boeren-generaals kregen. Transvaal, vroeger een zelfstandige staat in de Boeren-republiek, werd na de oorlog van 1899-1902 deel van de Unie van Zuid-Afrika.

Unkse Pad     Jan Unk heeft jarenlang aan het later naar hem genoemde pad gewoond. Het adresboek van 1882 maakt al melding van een Unk, landbouwer, die ook als plantekweker voor tuinders bekend stond.

Utrechtseweg     In de zestiende eeuw wordt de weg als “Lantweg nae Arnhem” aangeduid. In 1616 blijkt hij het zelfs al tot “Gemeyne wegh nae Arnhem” te hebben gebracht. Er bestond echter ook een oudere Utrechtseweg, die over Papendal en Wolfheze liep langs het in de Spaanse tijd verwoeste kerkdorp Wolfheze. Blijkbaar had deze geleidelijk aan betekenis verloren. Het heeft eeuwen geduurd voor de (nieuwe) Utrechtseweg het karakter van een regelmatige verkeersweg kreeg. De weg had in het verleden verschillende eigenaren (Mariëndaal, de Sint Nicolaasbroederschap, de Gelderse Rekenkamer e.a.) en die konden het maar moei- lijk over aanleg en beplanting eens worden. Eerst in 1820 werd de weg met klinkers bestraat.

Valkenburglaan     Het huis Valken burg stond op de Oostelijke hoek van Utrechtse-en Van Borsselenweg. R.D. Wol terbeek (z.a.) gaf deze naam aan het huis dat hij op het door hem in 1853 gekochte landgoed de Oor sprong aantrof. Daarin was tot dan de Koude Her berg gevestigd. Het gebouw was in 1835 na een brand nieuw opgebouwd. Om de herberg als zoda nig niet verloren te laten gaan, bracht Wolter beek een grondruil tot stand met de eigenaar van grond aan de overzijde van de Utrechtseweg. Daar is toen, wat kleiner van omvang, een nieuwe Koude Herberg gebouwd en Valkenburg werd Wolterbeek’ s buitengoed. Het huis is na 1923 nog o.a. door Mr M. Heijbroek bewoond en in 1975 gesloopt.

Van Borsselenweg     Hoewel onzorgvuldig gespeld, is de naam ontleend aan Jhr. Anton Willem van Borssele (geboren te Frankfort a/d main 1830, overleden te Ooster- beek 1903). burgemeester van Ede (1860-1896), die in 1879 eigenaar werd van het landgoed de Oorsprong. Hij moderniseerde Huize de Oorsprong en na zijn overlijden kwam het goed in het bezit van zijn nicht, mevrouw J.H.G. Heutz-geboren Baronesse van BrakelI Doorwerth. Het hele bezit is in later jaren verkaveld.

Van Deldenpad     Augustinus Johannes van Delden (1828-1890), be- woner van een groot huis aan de Weverstraat, on- geveer waar nu het naar de familie genoemde pad is. Zijn weduwe, Elisabeth van Delden-Dull (1836- 1914), bleef er tot haar dood wonen. Beiden lig- gen begraven op de oude begraafplaats aan de Fangmanweg. Later woonde de fam. W.E. Voûte in het huis.

Van Deventerweg     Amoldus Comelis van Deventer, (geboren te Zwolle 1860, overleden te Oosterbeek 1909) was voorzitter van het Departement Oosterbeekvan de Maatschappij tot Nut van ‘t Algemeen en initiatiefnemer tot de oprichting van de nog steeds bestaande Stichting Bouwmaatschappij A.C. van Deventer, stichting voor Volkshuisvesting. De oprichting (1910) maakte hij niet meer mee. Ter nagedachtenis aan hem kreeg de stichting en één ~ der wegen waar de stichting woningen liet bouwen in zijn naam.

van Eeghenweg     Christiaan Pieter van Eeghen (1816-1889). Hij kocht in 1858 het landgoed de Pietersberg (z.a.), dat sindsdien door vier generaties Van Eeghen werd bewoond. Voor velerlei “goede doelen” kon steeds op financiële steun van de kapitaal-krachtige familie worden gerekend. Zo droeg zij bij in het totstand komen van een huis voor on-en minvermogenden in het benedendorp. Dit voormalige huis maakt nu deel uit van de opslagplaats bij de boerderij Benedendorpsweg 168. Behalve de Van Eeghenweg houdt ook de Van Eeghenbank, tegenover de Pietersberg gebouwd, de herinnering aan deze familie-naam levendig.
 
Van Ewijkweg     Aart van Ewijk (geboren te Ommeren1836,overleden te Renkum 1913), hoofd -onderwijzer van de Openbare School onderaan de Weverstraat van 1862 tot 1906. Vanwege de overwegend klompendragende leerlingen stond de school als “klompenschool” bekend.

Van Lennepweg     Jacob van Lennep (1802-1868), de befaamde prozaschrijver en dichter was Rijksadvocaat te Amsterdam. De zomermaanden bracht Van Lennep met zijn echtgenote steevast door in hotel De Engel in De Steeg. Toen de hötelier (H.E. Wentink) “Schoonoord” te Oosterbeek kocht, verhuisden de Van Lenneps mee. Maar bij het eerste vakantieverblijf in Oosterbeek overleed Van Lennep in het hotel. Eenjaar na zijn over- lijden is op zijn graf op de oude begraafplaats aan de Fangmanweg een monument geplaatst.

van Limburg Stirumweg     Jan Pieter Adolf Graaf van Limburg Stirum (geboren te Arnhem 1867, overleden te Oosterbeek 1902), eigenaar-bewoner van landgoed de Lichten- beek. De Lichtenbeek bezat een bekende renstal en de springoefeningen nabij het landgoed trokken bij de omwonenden veel bekijks.

van Spaenweg     De naam van de familie VanSpaen is in voorgaande eeuwen nauw met de heerlijkheid van Rosande verbonden geweest (z.a.). Baron A.D. van Spaen was omstreeks 1765 heer van Rosande. Ook verscheidene andere Van Spaens worden als eigenaar van Rosande genoemd. In 1827 overleed J.F.W. baron van Spaen, die door zijn oudste dochter J.M.C. baronesse van Spaen, gehuwd geweest met A.H. Graaf van Rechteren, werd opgevolgd.

Van Tienhovenlaan     Mr dr P.E. van Tienhoven, van 1913 tot 1923 eigenaar van de Bilderberg (zie Bilderberglaan). Van Tienhoven was o.a. voorzitter van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten en oprichter van de vereniging De Hollandsche Molen.

Van Toulon Vd Koogweg     Jan Vincent Maarten van Toulon van der Koog (geboren te Wijk bij Duurstede 1853, overleden te Oosterbeek 1914), burgemeester van Renkum . Voordien burgemeester van Wijk bij Duurstede. Hij vervulde het ambt in Renkum van 1892 tot 1907 en was eigenaar en bewoner van Hooger heide (z.a.).

van Wassenaersheuvel     De familie van Wassenaerwas lange tijd eigenares van Rosande (z.a.). Zo wordt o.a. Jan Dirk, baron van Wassennaer in 1885 als eigenaar genoemd. Een deel van Rosande is nog tot 1946 in het bezit van de familie van Wassenaer gebleven.
 
van Wassenaerweg     Zie van Wassenaersheuvel.

Veerweg     Het Drielse veer heeft eeuwenlang een belangrijke verbinding gevormd tussen de Zuid-veluwe en de Betuwe. Tot 1470 deed het o.a. dienst als kerkschip, ten behoeve van Drielse parochianen die de Oosterbeekse kerk bezochten (zie Kerkpad), ook in later tijden had de veerbaas veel klanten. Hij deed heel goede zaken toen in 1843 het Nederlandse leger de Rijn overstak. Voor kanonnen, bespannen met acht paarden beurde hij 11/2gulden, voor een kruitwagen met acht paarden één gulden en voor een legerwagen van officieren 80 cent. Ook tijdens de 2e wereldoorlog heeft “het leger” het belang van deze oever-verbinding ingezien. Ditmaal met dramatische gevolgen. Van de Pool- se Parachutistenbrigade die 21 september 1944 bij Driel werd neergelaten kwamen er velen om het leven. De Duitsers hadden de veerpont reeds vernietigd en op de Westerbouwing versterking en aangebracht. Slechts een 200 Polen wist met kleine bootjes de ingesloten Airborne divisie aan de overkant te bereiken. Na de kanalisatie van de rijn (ca. 1965) is het Drielseveer slechts als voetgangersveer tussen de Betuwe en de Veluwezoom in gebruik.

Veritasweg     Veritas heette de bouwmaatschappij die in 1927 aan de Noorder-en de Veritasweg, naar ontwerp van architect J.H. Benier, woningen bouwde.

Vogelweg     J.G. Vogel, gedurende een tiental jaren eigenaar van het Steenenkruis (z.a.). Deze grond lag in de direkte omgeving van de nu geheten Vogelweg. In 1880 kwam het terrein in handen van Th. Sanders (z.a.). Op de begraafplaats Fangmanweg is het grafvan J.Th. Vogel (1831) uit Rotterdam.

Voorinkstraat     Jan Voorink (geboren te Diepenveen 1854, overleden te Oosterbeek 1922), vanaf 31 oktober 1893 hoofd van de PaasbergschooI. Een functie welke destijds nog van “meester Voorink” deed spreken.

Vredeberg     Nadere gegevens over deze naamgeving ontbre- ken. Wellicht genoemd naar een huis dat ooit zo heette. In 1857 komt in het adresboek wel een huis Vreebergvoor, maar dat was gesitueerd aan de Pietersbergseweg (ongeveer waar nu nr. 62 is).

Weltevreden     Naam van het huis van dokter J.W. Kien Elzman aan de Weverstraat (omstreeks 1860). Het pad Weltevreden was de verbinding tussen de Vredeberg en de Fangmanweg. Het kwam uit tussen het oude kerkhof en Bergoord waar de metselaar Jan van Schuilenburg woonde.
 Westerbouwing     De Westerbouwing, welke nu al meer dan een eeuw als uitspanning bekendheid geniet, is eigenlijk nooit een landgoed met een eigen historische betekenis geweest. Het gebied kwam 1802 in handen van D. Gaymans uit Arnhem. Er werd een” salon” of theekoepel gebouwd, maar nadat KJ. Backer (familie van de vroegere burgemeester, zie Backerstraat) de Westerbouwing in 1876 had overgenomen kreeg de uitspanning uitbreiding. Naast de koepel werd een café-restaurant ge bouwd, dat fors werd vergroot toen L. Fangman (zie Bato’s wijk) het in bezit kreeg. In 1907 werd J.W. Scheffer van de modelboerderij Huis ter Aa eigenaar. Om het unieke wandelgebied voor het publiek te behouden kocht de gemeente het in 1917. Het in de dertiger jaren gemoderniseerde restaurant is in de oorlog verwoest en in 1950 met een nieuw gebouw opnieuw gestart.

Weverstraat     Uit kerkelijke gegevens valt af te leiden dat in de omgeving inderdaad veel wevers hebben gewoond. Het beekwater van de nabije Zuiderbeek gaf daar gelegenheid toe. De naam wordt al in 1755 genoemd, al was toen nog slechts van een zandweg sprake. De beneden-Weverstraat liep in 1832 nog tot de huiçlige Dam en was in 1850 al doorgetrokken tot de Utrechtseweg. Een boekje uit 1865 spreekt over een zandweg, door de bewoners Weverstraat genoemd, al moet, volgens andere aantekening, omstreeks die tijd ook de verharding (met grind) al terhand zijn genomen. (Aan deze oudste winkelstraat was eind vorige eeuw ook het eerste Postkantoor gevestigd).

Weeninklaan  A.     Antonie Weenink, (geboren te GorsseI 1871, overleden te Boskoop 1945), hoofd van de Wilhelminaschool, naderhand van de openbare Uloschool, beide aan de Wilhelminastraat. Later is de school naar de toen vernoemde A. Weeninklaan verplaatst.

Wijnand van Arnhemweg     De Van Arnhems waren lange tijd heer van Rosande (zie Rosandepolder). Er kwamen ook verscheidene Wijnands in de familie voor. Eén van hen stond in 1392 goederen bij Oosterbeek af voor het bouwen van het klooster Mariënborn  (MariëndaaD (z.a.). Nog in 1518 wordt een Wijnand van Arnhem als Heer van Rosande genoemd.

Wilhelminastraat     Wilhelmina Helena Pauline Maria (1880-1962), Koningin der Nederlanden van 1898-1948. Ge huwd met Hertog Hendrik van Mecklenburg- Schwerin (zie Prins Hendrikstraat).

Willem Alexanderstraat     

Willem Alexander Claus George Ferdinand, prins der Nederlanden, prins van Oranje Nassau, jonk- heer van Amsberg. Oudste zoon van Koningin Beatrix en Prins Claus. Geboren 27 april 1967 te Utrecht.

Wolfhezerweg     Het oude Wolfheze ging ten onder bij doortocht van de Spaanse troepen in 1585. Opgravingen in 1888 brachten overblijfselen van de oude nederzetting opnieuw aan het licht. Het tegenwoordige Wolfheze kreeg zijn grondslag toen er in 1907 de “Stichting Wolfheze” werd gebouwd. Voor de Vereniging tot christelijke verzorging van krankzinnigen en zenuwlijders had het afgelegen terrein bepaalde voordelen. De “woeste gronden” waren tegen schappelijke prijs te verkrijgen en de koop moest uit vrijwillige giften en bijdragen worden gefinancierd. Van belang was ook de aanwezigheid van een spoor-station. Dit station werd gebouwd ten behoeve van de Heer Van Doorwerth, die ten tijde van de aanleg van de spoorbaan eigenaar van deze gronden was. Hij kon de gasten van zijn kasteel voortaan van een naburig station laten afhalen. Wolfheze ontleent zijn naam wellicht aan de wolven die in het bos woonden.

Willem van Kleefweg     Laatste Hertog van het zelfstandige Gelre (I538-1543. Hij volgde als zodanig de in 1538 overleden Karel van Gelre op en staat als” de Rijke” in de geschiedenis bekend. Begraven bij de St. Lambertuskerk in Düsseldorf.

Wolterbeekweg     Robert Daniel Wolterbeek (geboren te Amsterdam 1801, overleden te Oosterbeek 1883), eigenaar van de Oorsprong en naamgever van het Huis Valkenburg (zie Valkenburglaan).

Woudstralaan     Jan Woudstra (geboren te Wymbritseradeel 1880, overleden te Oosterbeek 1956), wethouder onderwijs en sociale zaken van 1945-1953. Initiatiefnemer van de stichting Handelsavondschool. Oprichter van het plaatselijke studiefonds en nauw betrokken bij de instelling van de schoolartsendienst.

Wouter Klaassenlaan     Wouter Klaassen(geboren te Renkum 1866, overleden te Renkum 1949) dreef een bekende stoffen- en manufacturenwinkel in de beneden Weverstraat. Hij is jaren bestuurslid geweest van de Paasbergschool, lid van de gemeenteraad en was van 1923 tot 1935 wethouder.

Zaaijerplein     Mr Cornelis Zaaijer(geboren te Leeuwarderadeel 1873, overleden te Oosterbeek 1919), gedurende een tweetal jaren burgemeester van Renkum 0917-1919). Hij woonde in het huis Villa Grada (Fangmanweg 43), welke naam hij, vanwege zijn afkomst uit Den Briel, in ,,’t Maerland” veranderde.

Zonneheuvelweg     Mogelijk dat de naam een afleiding is van de nabijgelegen Sonnenberg. Nadere gegevens over deze naamgeving ontbreken, maar aangenomen kan worden dat, in vroeger tijden deze omgeving veel ‘kaler’ was en dat een huis, op het hoogste punt gebouwd, veel zon ving.

Zuiderbeekweg     Naar de beek die in de Zomp ontspringt. Het huis Zuiderbeek stond ongeveer waar nu de vijver aan de Benedendorpsweg ligt.

 Bron: De Straat waarin u woont – Oosterbeek – een uitgave t.g.v. de ingebruikname van het nieuwe pand van Uitgeverij/Drukkerij Meijer en Siegers aan de Pietersbergseweg
juni 1986

Comments are closed.